De vuistregel

Als bestuurder of passagier controleert u snel en eenvoudig of de afstand tot het voorliggende voertuig groot genoeg is. De vuistregel is de naam en u gebruikt letterlijk uw duim om de afstand te controleren. Het is algemeen bekend dat deze methode op de snelwegen kan worden gebruikt.

De vuistregel is handig, het geeft een goede indicatie, ook al is het niet 100% correct. Het is nog steeds twee seconden afstand die het meest nauwkeurig is, maar de vuistregel is waarschijnlijk gemakkelijker en sneller uit te voeren tijdens het rijden.

De methode wordt uitgevoerd door achter het stuur te zitten en uw arm voor u uit te strekken. U zou de auto voor u net moeten kunnen bedekken met uw opgeheven duim. Als u dat kunt, is de afstand voldoende.

Te weinig afstand tot het voorliggende voertuig op snelwegen is een veelvoorkomende oorzaak van ongelukken, aangezien veel van de ongelukken kop-staartbotsingen zijn. Deze nieuwe vuistregel is bedoeld om de bestuurder te helpen voldoende afstand te houden tot het voorliggende voertuig.

De 2-secondenregel (op alle wegen en snelheden)

Je moet altijd een afstand van minimaal twee seconden aanhouden, ongeacht je snelheid. Dit geeft je tijd om te reageren bij plotseling remmen. De regel om de afstand te controleren is simpel: kies een vast punt op de weg, zoals een wegwijzer of lantaarnpaal. Wanneer de voorligger dit punt passeert, moeten er twee seconden verstrijken voordat jij zelf hetzelfde punt passeert. Bij slecht weer zoals regen, sneeuw of mist is het aan te raden om de afstand te vergroten om gevaarlijke situaties te voorkomen. Feedback versturen.